Rugstart moet je leren

Waarom nuttig
De rugstart is een nuttige startmethode in een situatie met meer en/of  onrustige wind of lastiger te starten vleugels. Doordat je tijdens het opzetten naar je scherm kijkt, kun je sneller corrigeren. Bij hardere wind kan je makkelijker naar je scherm toelopen om de kracht op het scherm te doseren.

Wanneer gebruiken
De rugstart pas je toe bij hardere en onrustige wind of lastiger te starten vleugels. Als de wind sterker is dan 6 km/uur kan je de rugstart uitvoeren. Bij minder wind moet je achteruit lopen wat een risico is en wordt daarom door ons afgeraden.

Hoe te leren
Het aanleren van de rugstart vraagt veel oefening en training. Ook is de omgeving waar je wilt starten van invloed op de moeilijkheid. Mul zand, thermisch actieve lucht, een kleine of drukke start en zo kunnen we nog wel even doorgaan. Begin in ieder geval op vlak terrein met het aanleren van het goed pakken van de risers en stuurlijnen. Het is belangrijk dat je dit makkelijk kan en overtuigd bent van het goed vastpakken. Een gedraaide riser of een stuurtokkel die niet vrij kan bewegen, kan je in de problemen brengen. Daarnaast, als je niet zeker weet dat het goed zit, krijg je last van twijfel tijdens de start waardoor vaak je start minder soepel loopt of tot ongelukken leidt. Als het aankoppelen goed lukt, ga dan eerst eens “muurtjes” bouwen. Bij een goed “muurtje” is je scherm mooi over de volle spanwijdte gevuld maar ligt nog wel op de grond. Als het “muurtje bouwen” goed lukt, kan je het scherm optrekken en sturen. Je kunt het scherm ook op een paar meter boven de grond proberen te houden. Je leert dan gelijk sturen wat lastig is omdat je gekruist stuurt. Je zult merken dat je met hangen, gewichtssturing en lopen de kracht op het scherm kan reguleren.
Heb je het scherm boven je dan is het belangrijk om steeds meer op gevoel te werken en minder op zicht. Houd het scherm goed op spanning; dit geeft je de mogelijkheid om gecontroleerd om te draaien. Let op de juiste draairichting en houdt daarbij voldoende contact met je scherm via je harnas. Zorg na het uitdraaien voor controle door te voelen en te kijken. Blijf maar eens even staan met je ogen dicht. Houd jij je scherm makkelijk recht boven je hoofd? Als je dit allemaal soepel beheerst, probeer het dan eens op een startplek. En als je dan helemaal goed en gecontroleerd bent omgedraaid, kun je versnellen om vervolgens airborne te gaan.
Bij een rugstart in de bergen adviseren wij altijd je stuurtokkels in de hand te hebben. Door thermiek kan je onverwacht in de (turbulente) lucht komen, moet je gelijk kunnen handelen en niet nog naar je stuurtokkels zoeken.

Diverse methodes
Er zijn veel methodes voor de rugstart, allemaal met voor- en nadelen. Het is verstandig om eerst met één methode te beginnen en deze goed aan te leren. Ga daarna pas aan de slag met andere methodes. Dit zorgt ervoor dat alle stappen goed inslijpen en je geen methodes door elkaar gaat halen. Uiteindelijk kun je dan uitbreiden zodat je voor elke situatie de meest geschikte methode kunt gebruiken.

Wanneer moet je de rugstart beheersen?
De rugstart is onderdeel van brevet 2. Het is daarom handig om in je opleidingstraject hier aandacht aan te besteden. Dat kan binnen een school, maar ook door gewoon uren te maken op een veldje. Goed om te weten: een goede beheersing van de rugstart bevordert ook nog eens je totale schermbeheersing. Ben je dan een betere piloot als je de rugstart beheerst? Nee, dat hoeft niet, maar het kan je wel helpen om vaker, makkelijk en veiliger te starten. Het feit dat jij weet wat je als piloot aankan, waar je grenzen liggen en je hier ook aanhouden, maakt je een goede piloot.

Risico’s
Uiteraard kent het rugstarten ook een aantal risico’s. Direct zicht op je scherm bij de start is voor sommigen zo’n groot voordeel dat er alleen nog maar achterwaarts gestart wordt, ook als de omstandigheden daarvoor niet geschikt zijn. Bijvoorbeeld bij te weinig wind waardoor je flink achteruit moet lopen om het scherm boven je te krijgen. In deze situatie hoor je eigenlijk voorwaarts te starten, maar dat zijn ze eigenlijk een beetje verleerd. Het is dus belangrijk dat je regelmatig ook voorwaarts start! Te weinig routine bij het achterwaarts starten kan leiden tot het vergissen in uitdraairichting of het verkeerd om inhaken. Je kunt deze risico’s beperken door regelmatig te groundhandelen en met beide starttechnieken te spelen.

Rugstarten bij Air Time
Hoe leer je binnen de opleiding van Air Time het rugstarten?
1.    Oefen eerst op vlakterrein. Dit kan je zelf doen of tijdens bijvoorbeeld een techniekdag of voldoende wind op de landing.
2.    Toon je vaardigheden op vlak terrein / oefenhelling aan (hulp) instructeur.
3.    De eerste rugstarts voer je uit op een eenvoudige startplek met milde wind.
4.    Daarbij moet je:
a.    op de start de omstandigheden goed kunnen inschatten en met de aanwezige (hulp) instructeur bespreken.
b.    aangeven hoe je verwacht dat de start zal verlopen, eventuele alternatieven aangeven als de start anders verloopt dan de bedoeling is en hoe en wanneer je de start afbreekt.
c.    voordat je start eerst het bouwen van een ‘muurtje’ laten zien.
Bij duidelijke fouten in de voorbereiding wordt de oefening door de aanwezige (hulp) instructeur gestopt.

Materiaal
Heb je eigen materiaal dan kan je gelijk aan de slag. Heb je dat niet, dan kan je bij ons ook een oefenset huren. Neem daarvoor contact met ons op. Wees niet bang om fouten te maken. Het is super leuk om met je scherm te spelen en je leert het materiaal ook beter kennen.